zondag 1 maart 2015

De Mars, maandblad van en voor Overijssel (18): februari 1967

De Mars was een Overijssels maandblad dat tussen 1953 en 1981 verscheen en waaraan veel bekende journalisten/publicisten uit die tijd meewerkten. De Mars bevatte artikelen over regionale onderwerpen op cultureel, maatschappelijk, economisch en toeristisch terrein. De vaak lange(re) artikelen geven een goed tijdsbeeld. Deze maand precies 48 jaar geleden verscheen het februari-nummer 1967.

Foto: Waterige blik op de wijk Wesselerbrink (Enschede) in opbouw (Ger Dekkers)

In de roerige jaren zestig ging de samenleving als geheel en het onderwijs in het bijzonder op de schop. In 1967 werden voorbereidingen getroffen tot het oprichten van ‘mammoetscholen’, ook in Deventer, waarbij nieuwe vormen van onderwijs werden geïntroduceerd (o.a. MAVO, HAVO, Atheneum). Zelfstandige gymnasia werden opgeheven. De rector van het Alexander Hegius Gymnasium waarschuwde voor ‘monsterscholen’, maar hij kon de vorming van de Alexander Hegius Scholengemeenschap (1971) niet tegenhouden. In 2000 ging ‘het Hegius’ samen met het Revius en Geert Grote College weer op in het Etty Hillesum Lyceum, een nog veel grotere monsterschool dan waar de rector in 1967 voor vreesde. Hieronder een artikel uit de periode waarin onderwijsvormen die al generaties lang bestonden verdwenen in het kader van de Mammoetwet.

W. J. VEENSTRA
Over vijf jaar in Deventer een "mammoetschool"

Het is mogelijk dat over een jaar of vijf een kleine 1300 scholieren uit Deventer tezamen één kringspel zullen spelen: "In Deventer staat een school". Natuurlijk bedoelen we dat figuurlijk. Leerlingen van gemiddeld een jaar of 15 voelen zich véél te oud voor zo'n kinderspel. We willen maar zeggen dat alle 1300 tot één en dezelfde school behoren. Nou ja, school ... Cals' Mammoetwet, waarvan de jongste berichten zeggen dat ze tóch in '68 in werking treedt, spreekt in dit verband van een “scholengemeenschap". Een samenstel van scholen, dat het hele voorbereidend hoger en middelbaar onderwijs "nieuwe stijl" omvat en dus wat lijkt op ons huidige lyceum, al is het een zeer oppervlakkige gelijkenis.
In Deventer komt zo'n scholengemeenschap. De raad ging in zijn oktobervergadering akkoord met voorstellen van b. en w., die een complete reorganisatie van het hele niet-confessionele v.h.m.o. beogen. Te bereiken in twee fasen die samen in vijf jaar voltooid moeten zijn.

Foto: Het terrein in Borgele waar de nieuwe scholengemeenschap zal worden gebouwd.

Als alles gaat, zoals het Deventer college graag wil, bezit de stad per 1 augustus 1971 naast het R.K. Geert Grote College, een openbare scholengemeenschap, waarin naast gymnasium en atheneum (h.b.s.) ook een afdeling voor hoger algemeen vormend onderwijs (h.a.v.o.) is ondergebracht. Deze gemeenschap, door de Deventernaar in de wandeling nu al "mammoetschool" genoemd, zal haar hoofdzetel krijgen in een riant gebouw in het noordwestelijke uitbreidingsplan Borgele. Bestaande gymnasium- en m.s.v.m.-gebouwen
aan de Nieuwe Markt zullen tegen die tijd nog ongeveer 500 van de in totaal op bijna 1300 geschatte leerlingen herbergen. Tussen nu en 1971 ligt een heel eind. Aan de hand van de richtlijnen van de nieuwe Wet op het Voortgezet Onderwijs (dat is de Mammoetwet) hopen b. en w. die afstand, zonder al te veel narigheid, geleidelijk te overbruggen. Aan een onderwijssituatie, die vele decennia heeft geduurd, wordt de komende jaren een, naar het schijnt, ondanks de geleidelijkheid nogal drastisch, eind gemaakt. Onderwijsinstituten,
die door hun lange staat van dienst respectabel genoemd kunnen worden en met elkaar honderden, neen duizenden jonge Deventernaren hebben klaargemaakt voor universiteit of hogeschool of op zijn minst voor een middelbare functie in bijvoorbeeld het bedrijfsleven, verliezen volledig hun zelfstandigheid. De een wat eerder dan de ander, worden ze opgenomen in de scholengemeenschap. Dit alles ten nutte van de Deventer leerling, of duidelijker gezegd: ter verkrijging van nóg meer kansen voor elk kind op dát soort onderwijs dat het 't beste ligt. Precies wat Cals wilde dus, maar in Deventer hebben ze, zij het beslist niet achteraan in den lande, nog slechts een bescheiden stap gezet op weg naar deze, door b. en w. onder de gegeven omstandigheden ideaal geachte, situatie.
De eerste fase is die waarmee men per 1 augustus 1968 wil komen tot een gemeentelijke atheneum-havoschool. In die school komen de huidige rijks-h.b.s., de middelbare school voor meisjes en de bijzondere middelbare handelsdagschool bijeen. Daartoe gaat de h.b.s. over naar de gemeente (er is al overeenstemming met het rijk bereikt) en worden de m.s.v.m. en de handelsdagschool gecombineerd tot een havo-afdeling, met naast economische en literaire richtingen ook een mathematische kant. De hogere burgerschool, die tot de oudste r.h.b.s.-en in ons land behoort (twee jaar geleden werd het 100-jarig bestaan herdacht) is vanaf '68 niet langer zelfstandig meer.

Foto: Het gebouw van de Deventer Rijks-HBS

In 1971 - het tijdschema is o.a. geïnspireerd op de vertrekdata van de met pensioen gaande schoolhoofden - zal het oude, eerbiedwaardige Alexander Hegius Gymnasium, dat er terecht aanspraak op maakt een onvervalste voortzetting te zijn van de eertijds zo beroemde Deventer Latijnse School, dezelfde weg gaan. De eveneens in de Mammoetwet verankerde brugklas moet in Deventer al gaan draaien, als de atheneum-havoschool er is; in '68 dus. Hoe dat brugjaar, dat in principe zowel voor toekomstige havo- en vwo-leerlingen als voor m(iddelbaar)-avoleerlingen bestemd is, er precies uit gaat zien, weet ook de wethouder van onderwijs, mej. T. van Weperen, nog niet. Ze wil zich laten adviseren door een of zelfs meerdere werkgroepen, daar de landelijke richtlijnen genoeg gelegenheid bieden voor een typisch Deventer interpretatie.
Het plan voor een scholengemeenschap is overigens in eerste instantie niet afkomstig van wethouder Van Weperen, maar meer van haar voorganger mr. J. A. Heemstra en ook burgemeester mr. N. Bolkestein, die de v.h.m.o.-portefeuille een poosje heeft beheerd, heeft er zijn steentje aan bijgedragen. Nadat er in 1950 al eens overwegingen waren geweest om een lyceum te stichten (men zag er ten slotte vanaf, omdat aan de rijks-h.b.s. nog niet getornd kon worden), demonstreerden b. en w. twee jaar geleden al een enigszins herziene visie. Besloten werd toen met het rijk te gaan onderhandelen en nu is het dan zover dat alle niet-confessionele v.h.m.o. in gemeentelijke handen komt.
In zijn nota van dit jaar omschrijft het college het voordeel van een scholengemeenschap als volgt: "Tot nu toe was de didactische aansluiting tussen het gewoon lager onderwijs en het eerste jaar van het voortgezet onderwijs zeer gebrekkig; de leerlingen van de lagere school werden onvoldoende georiënteerd over de mogelijkheden van het v.o. Hoe kleiner de school, hoe ongenuanceerder het bevorderings- en examensysteem. Dit alles wordt voor een groot deel ondervangen met het plan om een scholengemeenschap te stichten met een gemeenschappelijk brugjaar."
Denkt u maar niet dat het voorstel-scholengemeenschap er in de raadsvergadering direct als koek in ging. Er was van tevoren al wat storm gegaan door plaatselijke (onderwijs-)kringen. (Rijks-) leraren voelden zich in hun positie aangetast en met name rector dr. J. van Kuik van het A.H. Gymnasium verweerde zich. Hij keerde zich tegen opheffing, omdat: A.) hij tegen een monsterschool van 1300 leerlingen was, waarop de leerlingen "nummers" zouden zijn en B.) hij Latijn in de brugklas onontbeerlijk vond voor de selectie van de gymnasiale leerlingen. (Latijn kan voortaan alleen op pure gymnasia in het brugjaar gedoceerd worden). Rector Van Kuik kreeg bijval van de Deventer Kring van Werkgevers en de Kamer van Koophandel.
In de raad sprong de VVD-fractie op de bres voor het gym en liet zich ook in tweede en zelfs derde termijn niet overtuigen door wethouder mej. Van Weperen. Zij nam het in haar pleidooi op voor de algehele verbetering van het middelbaar onderwijs in Deventer en was het volstrekt oneens met de stelling dat alleen uit lesjes Latijn kan blijken of een leerling geschikt is voor gymnasiaal onderwijs. De liberalen stemden tegen, met uitzondering van wethouder Heemstra. Een zeer ruime meerderheid voor b. en w. betekende dat.
En nu maar wachten op het nieuwe schoolgebouw in Borgele, waarvoor de raad tegelijkertijd een startkrediet van f 25.000 uittrok. Veel meer dan een enkel ontwerp maken, kan men met dit bedrag niet. B. en w. hopen dan ook dat het rijk doorgaat, zij het in gewijzigde vorm, met de nieuwbouwplannen die er al waren voor de r.h.b.s.

Foto: De Middelbare Meisjes-School, die straks in de scholengemeenschap een gemengde school wordt.

Werkloosheid
De werkloosheid is ook in 1967 een belangrijk thema. Overijssel telde in dat jaar 8.000 werkzoekenden. Ter vergelijking, nu zijn het er 55.000. Rekening houdend met een kwart bevolkingstoename, zijn dat er altijd nog 5x zo veel als in 1967. Met name de bouwsector had het moeilijk – toen ook al – en de gemeente Enschede diende verzoeken in tot rijksfinanciering voor de bouw van openbare werken zoals wijkcentra, om bouwvakkers aan werk te helpen.

Berichten
* het gewest Overijssel van de Partij van de Arbeid telt bijna 10.000 leden. Ter vergelijking: het huidige aantal is 52.000 landelijk
* in Twente worden voor het eerst meetapparaten geplaatst waarmee de aanwezigheid van zwaveldioxide en roet kan worden opgespoord
* Bij de Tweede Kamerverkiezingen 15 februari 1967 werd in Overijssel als volgt gestemd: KVP 25,6% - PvdA 23,0 - CHU 12,7 - ARP 10,8 - VVD 8,1 - Boeren Partij 5,7 - CPN 2,8 - D'66 2,8 - SGP 2,7 - PSP 2,3 - GPV 2,2
* van de 1500 personen die een jaar eerder bij de massa-ontslagen in Deventer betrokken waren zijn er nog 150 werkloos, 90% heeft alweer werk gevonden

Geen opmerkingen: