zondag 28 maart 2010

Uit de Overijssel-collectie van de OBD (9): Twentsche Almanak



Almanakken bestaan vanaf het ontstaan van de drukpers en waren er in vele soorten en maten, zoals op de webtentoonstelling van de Koninlijke Bibliotheek te zien is. Er zijn almanakken die al enkele eeuwen geleden voor het eerst verschenen en nog steeds bestaan. Tijdens het hoogtepunt van de almanak (18e en 19e eeuw) hadden verschillende bevolkingsgroepen hun eigen almanak: zakenlieden, militairen, vrouwen, kinderen, protestanten, katholieken, joden, studenten, vrijmetselaars, boeren en liefhebbers van proza en poëzie.

Een aantal almanakken ontlenen hun naam aan een plaats, streek of provincie. De bekendste is de Enkhuizer Almanak, maar ook in Overijssel waren/zijn er diverse almanakken. Uiterlijk kenmerk van dit type almanakken is dat ze klein en handzaam zijn. Je kon ze in je zak steken. Ze waren goedkoop en hadden daardoor hoge oplagen. Maar toch, juist omdat het eigenlijk gebruiksvoorwerpen waren, zijn veel oude almanakken uiterst zeldzaam. Bibliotheken en archieven bezitten vaak incomplete verzamelingen, sommige jaargangen zijn er gewoon niet meer.

De eerste almanakken fungeerden als kalender. Aan de kalenderdagen werden steeds meer wetenswaardigheden toegevoegd: astrologische voorspellingen, feest- en gedenkdagen, weersvoorspellingen, zon- en maanstanden, markten, postdiensten, geldkoersen, samenstelling gemeentebesturen e.d., trein- en busdiensten, kerkdiensten, adressen etc. En niet onbelangrijk, allerhande mengelwerk: verhalen, gedichten, spreuken en gezegden, rijmsels, anekdotes, cartoons, zoekplaatjes en zelfs moppen. Zo kon degene, die gewoonlijk niet veel las, na het verschijnen van een almanak voorlopig weer even vooruit. Ideale lectuur ook voor op het toilet bijvoorbeeld.

De voor zover bekend oudste almanak komt uit Overijssel: de Deventer almanak, waarvan de oudste uitgave van omstreeks 1480 dateert, en die ook werd gevonden tussen de resten van de expeditie van Barentsz en van Heemskerck (1595).
Ook de Steenwijker almanak (1664) heeft een eerbiedwaardige ouderdom. De Overijsselsche almanak (1835-1855) en de Kamper almanak (vanaf 1928), die nog steeds verschijnt, zijn anderssoortige almanakken. Hoewel ze ook veel typische almanak-informatie bevatten, hebben ze een ander formaat en gaat het hier ook vooral om de historische en/of literaire bijdragen.

Tot 1879 had Twente geen eigen almanak. De vanuit Steenwijk naar Hengelo verhuisde drukker Johan Klaasesz bracht samen met boekhandelaar H.L. Smit in 1877 de Twentsche Volksalmanak uit, maar dit bleek geen commercieel succes.
De Almelose drukker J.T. Sommer had in 1879 meer succes, zijn Twentsche Almanak sloeg wel aan. Tot 1924 zou drukkerij Sommer de almanak jaarlijks laten verschijnen, daarna nam de Twentsche Courant het stokje over. In 1994 kwam de uitgave in handen van de Twente Akademie en daarna Van Deinse Instituut i.s.m. uitgeverij Gherre, sinds kort is de Twentse (zonder ch) een product van TwentseWelle.

Johan Buursink schreef in de honderdste uitgave (1979) van de Twentsche Almanak een korte geschiedenis van deze almanak en gaat in op het bijzondere kenmerkende van de TA, n.l. het dialectverhaal, dat vrijwel vanaf de eerste uitgave (tot heden) in de almanak werd opgenomen. Opvallend is dat slechts enkele schrijvers ieder enkele decennia voor hun rekening hebben genomen: de Reutumse onderwijzer J.W. Heinink schreef zijn dialectverhalen tot aan zijn dood in 1906. ‘meester’ G.B. Vloedbeld (van oorsprong ook al onderwijzer) van 1911 tot 1936 en in drie decennia na de Tweede Wereldoorlog was het agrariër Hendrik Klaassen uit Albergen die zijn boerenverhalen publiceerde.
In de laatste jaren komen ook geschiedkundige onderwerpen aan bod in de almanak.

Behalve de eerste zes jaargangen zijn vrijwel alle sinds 1886 verschenen Twentsche Almanakken bij de OBD aanwezig.

vrijdag 26 maart 2010

Bibliotheek Enschede: veel activiteiten rond 65 jaar Bevrijding en Tweede Wereldoorlog



Op Paaszondag 1 april 1945 behoorde Enschede met Haaksbergen en Diepenheim tot de eerste bevrijde plaatsen in Overijssel. Precies 65 jaar later op donderdag 1 april wordt in de bibliotheek een grote tentoonstelling geopend over de Bevrijding en de Tweede Wereldoorlog rond de thema’s bevrijding, bezetting, dagelijks leven, propaganda, bombardementen, verzet en vervolging.

In maand april vinden nog tal van andere activiteiten plaats, onder meer: Rondleiding door de Synagoge en de voorstelling ‘De buit bedroeg 40 miljoen’, Historische stadswandelingen ‘Stille Getuigen 1940-1945’, de multimediale presentatie ‘Andere achterhuizen’, een lezing door bibliotheekdirecteur Gerard Kocx met als onderwerp ‘Eerste Wereldoorlog, de opmaat voor WO II’ en een historisch leesproject voor de basisschool ‘Vergeten oorlog’.

woensdag 24 maart 2010

Het dagboek van Aleida Leurink (1698-1754) getranscribeerd



Aleida Leurink, dochter van een Enschedese burgemeester trouwde in 1698 op 15-jarige leeftijd met de 13 jaar oudere Henricus Keller, die een jaar eerder als predikant was bevestigd in Losser. Vanaf haar huwelijksdag schreef Aleida allerlei feiten in notitieboekjes. Dit heeft zij 57 jaar volgehouden. De eerste 25 jaar waren de aantekeningen summier. Daarna begon zij letterlijk een dagboek bij te houden. Hierin maakte zij uitgebreid melding van de weersgesteldheid – vanaf 1749 werd ook dagelijks de temperatuur en barometerstand opgeschreven. Ook de prijzen van landbouwgewassen (vooral rogge) werden door haar bijgehouden. Ze was geïnteresseerd in alles wat er gebeurde in Losser en omgeving. Mensen die van buiten Losser kwamen werden door haar ondervraagd over de plek waar ze vandaan kwamen.

Tussen al deze notities sijpelt ook af en toe het landelijke en internationale nieuws door. Ze citeert soms ook berichten uit een krant, maar uit welke krant vermeldt ze niet. De gegevens tussen 1723 en 1754 bieden een vrij nauwkeurig beeld van de weersgesteldheid in die periode, met name de extreme periodes (koude, warmte, storm etc.) zijn te herleiden uit haar dagboeken. Ook natuurverschijnselen worden door haar beschreven. Voor de komeet van maart 1742 kwam zij haar bed uit. Ze schrijft: ‘8 Meert 1742. Smorgens om 3 uur wy in onse huis de stersterre gesien ooslijk, bleek niet groot was, an de zijddeur steande, satse op onse verst tip voorgeffel, was helder lugt vol sterren’. Of 2 jaar later over de komeet, die later de naam Komeet Klinkenberg kreeg: ‘7 Febr. 1744. Fel kout, waterpot voort bedde vroor toe, sterk koude wint, alderkoudste dag, stersterre flonkert savonts’.

De notities van Aleida Leurink zijn nooit eerder gepubliceerd. Wel heeft J.J. van Deinse begin 20ste eeuw het dagboek ter inzage gehad en een soort uittreksel gemaakt, waarbij hij berichten die ‘niet belangrijk’ waren of ‘niet voor publiciteit geschikt’ heeft weggelaten. Het artikel publiceerde hij later in zijn boek Uit het land van katoen en heide.

Nu zijn dus door M.L. Hansen alle notitieboekjes getranscribeerd en gepubliceerd onder de titel Tot Losser gekomen: het notitieboek van Aleida Leurink 1698-1754 en uitgegeven in de serie Overijsselse Handschriften. Naast de letterlijke weergave van de tekst uit het dagboek zijn in aparte hoofdstukken opgenomen onder meer Aantekeningen over rogge, Boekhouding van geweven linnen, Meidenlijst (vermelding van alle dienstbodes), Genealogische aantekeningen, Brieven en verklarende woordenlijst, namen- en zakenregister.

zondag 21 maart 2010

Overal in Overijssel: het boek



Eerst was er de website Overal in Overijssel, toen de tentoonstelling en nu is er dan het boek over dit ‘kunstproject’. Wat mij betreft is het veel meer dan een door de provincie gesubsidieerd kunstproject. De beide ‘kunstenaressen’ Alied van der Meer en Heleen Bosma voerden een idee om zo maar ergens op de kaart te prikken en te gaan kijken hoe het er daar uitziet en wat daar gebeurt nauwgezet uit. Op 28 vrijdagen – weer of geen weer – bezochten ze 28 door de computer aangewezen plekken in Overijssel, maakten er foto’s en geluidsopnamen, namen een grondmonster, legden de weersgesteldheid vast, spraken met de eerste mens die ze tegenkwamen en met de eigenaar van de grond en verzamelden indrukken, die ze omzetten naar een gedicht. Twee weken later werd het gedicht uitgedeeld in de omgeving van de plek aan iedereen die het maar aan wilde aannemen en werd er met de voorbijgangers en omwonenden gesproken.
Zo ontstond er een mozaïek van Overijssel.

Het boek gaat over een deel van de locaties. Alle 28 locaties zijn te vinden op een bijgevoegde cd-rom, waarop de website bekeken kan worden en ook ‘The making of Overal in Overijssel’ staat. Dan blijkt ook weer dat een boek kan wedijveren met de mooiste website. In een boek kun je (terug)bladeren, eerst de foto’s bekijken, dan de kaders lezen en vervolgens de overige teksten. Ik las het boek buiten tijdens de eerste voorjaarsachtige dag en bemerkte dat het project niet alleen over Overijssel gaat maar ook over de seizoenen. De maaksters hebben alle weersomstandigheden meegemaakt, temperaturen van rond het vriespunt tot in de dertig graden, felle zon, harde wind en regen, broeierig weer, blauwe lucht, koud en nat weer, etc. Ik heb het boek in 2 uur uitgelezen – wie zit er twee uur naar dezelfde website te turen? Het boek bevat ook een essay getiteld ‘Overal is avontuur’ waarin wordt teruggeblikt op twee en half jaar ‘zoeken naar de ziel van Overijssel en Overijssel vangen in poëzie’. Er wordt een poging gedaan de streekaard te koppelen aan de omgeving, het landschap, de geschiedenis van de streek, hoewel de auteurs ook meteen relativeren, want uitzonderingen zijn er altijd. Zo onderscheiden ze de volgende kenmerken: in Twente en Kampen: noaberschap; in Stegeren en Blankenham: overleven in de vlakte; rond Steenwijk: vrijbuiters; op de landgoederen Hoge Boekel en Heerlijkheid de Eese: openheid en privacy; in de veenstreken: knoestig volkje; in de bewoonde wereld (Bathmen en Enschede): behoedzame benadering.
Verplichtingen die een stijl van leven in een bepaalde streek met zich meebrengen kunnen ook omzeild worden. In een gereformeerde uithoek van de provincie mag men van de dominee niet naar de televisie kijken. Geen nood, we kijken de volgende dag wel op internet.
Overal in Overijssel is een boek dat je altijd aan een (goede - want niet goedkoop) vriend(in) of kennis cadeau kunt geven, het is een kunstproject voor een groot publiek en dat kom je niet zo vaak tegen.

zaterdag 20 maart 2010

Mijn Stad Mijn Dorp: nieuw historisch tijdschrift voor Overijssel



Vanaf 26 maart zal het eerste nummer van het door Waanders uitgegeven Mijn Stad Mijn Dorp bij 250 boekhandels en andere verkooppunten in Overijssel verkrijgbaar zijn. Het thema is de Tweede Wereldoorlog, aldus hoofdredacteur en medewerker van het Historisch Centrum Overijssel Wim Coster in een gesprek met Gerson Veenstra in Het Overijssels Hart, het dagelijkse lunchprogramma van Radio Oost. Ook de volgende nummers zullen in het teken staan van een thema; in het tweede nummer is dat sport, zo kondigde Wim Coster aan.
Presentator Gerson Veenstra noemde in zijn programma enkele artikelen die hem opvielen in de digitale versie van het tijdschrift, waarover hij alvast mocht beschikken. Bijvoorbeeld een verhaal van Ad van Liempt, de bekende tv-programmamaker, over de joodse Selma Wijnberg uit Zwolle, die Sobibor overleefde. Ook staat er een interview in het blad met deze historicus van het jaar 2009. Van Liempt zal voor de komende nummers ook een column schrijven. Andere titels van artikelen zijn ‘Voor het vuurpeloton’ en ‘Oorlogsvermisten’. Een beetje geschokt was Veenstra over de foto van het dode lichaam van een Deventer verzetsstrijdster, die een kwartier voor de bevrijding door de Duitsers was geëxecuteerd. Volgens Coster had de redactie wel geaarzeld om de foto af te drukken, maar deze gebeurtenissen hoorden ook bij de oorlog en daar moet je dan niet omheen lopen.

Aan het tijdschrift is ook een website verbonden.

Een saai geschiedkundig tijdschrift wordt het zeker niet. De redactie probeert dan ook een groter publiek te bereiken dan gebruikelijk in dit genre. De OBD zal de boekenrubriek verzorgen. Daarom weet ik iets meer over de inhoud dan in het radio interview aan bod kwam en geloof mij: wanneer je in geschiedenis geïnteresseerd bent mag je dit niet missen. Dit blad moet een kans krijgen!

woensdag 17 maart 2010

Deventer Boekenstad van Nederland: nieuwe website van SAB



Stadsarchief en Athenaeumbibliotheek viert dit jaar het 450-jarig bestaan van de Athenaeumbibliotheek, de oudste stadsbibliotheek van Nederland. De aanwezigheid van deze bibliotheek in een stad die een lange drukkerstraditie kent moest wel leiden tot een collectie met een keur aan bijzondere Deventer drukken.
Op de website Deventer Boekenstad staat het bezit aan Deventer drukken vermeld; het zijn er 866. Enkele tientallen van de meest zeldzame en bijzondere werken zijn gedigitaliseerd en te bekijken bij de rubriek Topstukken.
Rond de ontsluiting van dit boekenbestand op internet is een en ander toegevoegd met behulp van de kennis/bestanden die bij de SAB aanwezig zijn, zoals:
- een lijst van Deventer auteurs met biografische en bibliografische informatie
- informatie over alle Deventer drukkers
- een boekhistorische stadswandeling
- gedigitaliseerde knipsels en andere informatie over een vijftal Deventer schrijvers, literatoren, publicisten: L.A.J. Burgersdijk, Johannes van Vloten, J.A. Rispens, J.C. van Slee, Herman Korteling

Een leuke persoonlijke verrassing is dat mijn oom Ary Peters en zijn schoonzus Rie Peet ook in de lijst met Deventer schrijvers opgenomen zijn. Dat je dat niet meteen verwacht zegt iets over de volledigheid van de database, waarin iedereen is opgenomen die op een bepaald niveau gepubliceerd heeft.

De geschiedenis is nu vastgelegd, benieuwd of de huidige Deventer schrijvers als b.v. Almar Otten en Harry Oltheten (die niet genoemd wordt) nu ook gevolgd gaan worden.

dinsdag 16 maart 2010

Overijssels Boek van het Jaar 2009: de genomineerden

Net als vorig jaar organiseren Stadsarchief en Athenaeumbibliotheek (SAB), het Historisch Centrum Overijssel (HCO) en de Overijsselse Bibliotheek Dienst (OBD) gezamenlijk de verkiezing van het ‘beste Overijsselse boek’ van 2009.
Doel van de verkiezing is om meer aandacht te vestigen op publicaties met betrekking tot de geschiedenis van Overijssel. Bij de selectie van boeken die in aanmerking komen voor de prijs is onder meer gekeken naar wat het betreffende boek toevoegt aan al bestaande literatuur, maar criteria zijn ook de originaliteit van het onderwerp, de vormgeving, de illustraties etc.

De jury bestaat uit historici en journalisten: Lamberthe de Jong, Jan ten Hove, Gerard Lage Venterink, Ben Siemerink en Michael Amsman.

De finale verkiezingsavond wordt gehouden bij het Historisch Centrum Overijssel te Zwolle en vindt plaats op donderdag 8 april 2010.


Het winnende boek van vorig jaar: ‘Kunst, katoen en kastelen : J.H. van Heek, 1873-1957’ van de auteur Wim H. Nijhof.

De genomineerde boeken voor 2009 zijn:

Jaap Tuik. Een bijzonder energiek ondernemer : Rento Wolter Hendrik Hofstede Crull (1863-1938): pionier van de elektriciteitsvoorziening in Nederland. Historisch Centrum Overijssel Zwolle / Walburg Pers Zuthpen, 2009. 144 pp. ISBN 9789057306402.
Rento Wolter Hendrik Hofstede Crull was één van de belangrijkste pioniers op het gebied van de elektriciteitsvoorziening in Nederland en medeoprichter van de HEEMAF in Hengelo.

Gees Bartels-Martens (redactie en samenstelling), Janneke Jansen-Willems, Jan Kristen en Harry Morshuis, Erwin Zijlstra (fotografie). Geen dag zonder gedicht : 365 gedichten uit Overijssel, Waanders Uitgevers Zwolle, 2009. - 397 pp. ISBN 9789040085444.
Een bundel in de vorm van een jaarkalender. Elke dag een gedicht, dat appelleert aan een ‘Overijssel-gevoel’. De bloemlezing wordt geïllustreerd met foto’s van Erwin Zijlstra.

A.I. Bierman (redactie) e.a., met bijdragen van M. Barendsen e.a. , transcriptie en vertaling Ed. E. Kemperman. Thesaurus van Gramsbergen: een 17de-eeuws medisch handschrift ontsloten. IJsselacademie Kampen, 2009. 371 pp. + cd-rom ISBN 9789066972001.
Medisch handschrift uit de eerste helft van de 17de eeuw met honderden recepten die een uniek venster vormen op de praktijk van enkele plattelandsartsen in een ver verleden.

Dinand Webbink en Ester Smit, Henk Koopman (fotografie)]. De propagandaoorlog : oorlogsaffiches en verzetsdrukwerk 1940-1945 uit de collectie van Stadsarchief en Athenaeumbibliotheek. Stadsarchief en Athenaeumbibliotheek Deventer , 2009. - 141 pp. ISBN 9789080989665.
Unieke en kleurrijke affiches uit de Tweede Wereldoorlog uit de collectie van Stadsarchief en Athenaeumbibliotheek Deventer. Aangetoond wordt dat propaganda een belangrijke rol speelde tijdens de bezetting en dat met name de nazi’s meesters waren in het bespelen van de publieke opinie.

Hennie Platjes (redactie) e.a., m.m.v. Geert van Oortmerssen e.a. Het boek van Rheeze & Diffelen; Heijink Hardenberg , 2009. 256 pp. + dvd. ISBN 9789081301756.
Enkele inwoners van de buurschappen Rheeze en Diffelen in het Vechtdal maakten een kloeke uitgave over de geschiedenis van deze twee eeuwenoude buurtschappen.

Stephen Chipperfield, Frits Hofsteenge (vertaling). Royal Huisman, 125 jaar : the spirit of individuality Royal Huisman Shipyard Vollenhove, 2009. 232 pp. ISBN 9789081448628.
In dit boek wordt beschreven hoe botenbouwer Jan Jans Huisman het fundament legde voor de vermaarde zeiljachtbouwer van nu.

Marco Krijnsen, Agnes Booijink (fotografie). IJzer en lef : het nieuwe leven van een oude gieterij. ROC van Twente/Boekhandel Broekhuis Hengelo, 2009. 192 pp. ISBN 9789077780015.
De transformatie van de voormalige gieterij van Stork in Hengelo tot de huidige ROC van Twente in foto’s en teksten.

Gerard Varwijk. Overijsselse windmolens van toen en nu. Stichting ‘Verdwenen Molen’ Dedemsvaart, 2009. 362 pp.
De molens van Overijssel, zowel de nog bestaande als die verdwenen zijn, bijeen in een dik naslagwerk, van de A van Albergen tot en met de Z van Zwolle..

Friso Schotanus. Desespereert nimmer. De geschiedenis van het betaald voetbal in Zwolle. Arko Sports Media Nieuwegein, 2009. 320 pp. ISBN 9879054721161.
Desespereert nimmer gaat over de ups en downs van het Zwolse profvoetbal vanaf 1954 en bevat interviews met coryfeeën die vertellen over hun tijd in Zwolle.

Jhr. A.J. Gevers en A.J. Mensema, Van Ittersum. Kroniek van een Overijssels adellijk geslacht. Waanders Uitgevers Zwolle, 2009. 260 pp. ISBN 978904007684 8.
In deze kroniek wordt de geschiedenis van het van oorsprong Zwolse adellijk geslacht Van Ittersum uit de doeken gedaan.

zondag 14 maart 2010

Boek op de kaart: mooi initiatief maar kan beter



Webshop Cosmox heeft het initiatief genomen tot de website www.boekopdekaart.nl. Op een digitale plattegrond van Nederland, gebaseerd op Google Maps, kan iedereen die dat wil aangeven op welke plekken boeken zich afspelen. Lees erover op het bijzonder fraaie weblog BoekenDingen, waarvan ik me telkens afvraag wie daar toch achter zit.

Zoiets moet je natuurlijk even uitproberen. Ik heb voor Overijssel een aantal boeken toegevoegd. Het duurt even voordat je door hebt hoe het allemaal precies werkt. Intussen bleek ik bij het experimenteren al boeken te hebben toegevoegd, waarbij de informatie onvolkomenheden bevat en die je niet meer kunt verbeteren. Zo heb ik als plaats van handeling een industrieterrein bij Deventer aangegeven, waar het boek zich toch echt in de binnenstad afspeelt. Zo’n fout zou je dan moeten kunnen herstellen. Ik kwam erachter dat je de beschrijvingen kort moet houden omdat daar maar beperkte ruimte voor is. Ook heb ik een boek per ongeluk 2x geplaatst. Zou er een redacteur zijn die dit soort zaken in de gaten houdt?
In een paar gevallen kon ik precies de locatie aangeven (Roombeek – Enschede, Besthmenerberg – Ommen), dat is natuurlijk het mooist, maar in de meeste gevallen moet je ergens in een stad of dorp prikken.

Jammer dat je alleen kunt kiezen qua titels uit het aanbod van Cosmox. Het wordt een stuk interessanter wanneer ook oude(re) boeken op de kaart gezet kunnen worden, waarbij er direct naar de catalogus gelinkt wordt. Iets voor bibliotheken… Ik zal eens kijken wat er voor Overijssel mogelijk is.

donderdag 11 maart 2010

Streetview nu in heel Nederland


Boven: De OBD op een zomerse dag. De auto's verraden welke collega's in het gebouw zijn - dus zou je de dag van de week kunnen bepalen waarop de foto genomen is. Mijn auto staat er niet, dus ik was met vakantie, had een vrije dag of was op de fiets - het fietsenhok is helaas niet te zien.

Google Streetview is in Nederland klaar. De meeste wegen en weggetjes zijn vastgelegd op foto. In totaal is er nu zo'n 75.600 kilometer aan Nederlandse wegen opgenomen in Street View waardoor het mogelijk is een virtuele reis door Nederland te maken van Groningen naar Maastricht.
Street View is een functionaliteit in Google Maps waarbij gebruikers beelden 360 graden op straatniveau kunnen bekijken. Om dit voor elkaar te krijgen stuurt de zoekgigant busjes op pad die uitgerust zijn met honderden camera's.

Sinds de lancering van Street View in Nederland in maart 2009 heeft Google veel verzoeken gekregen om Nederlandse hotspots toe te voegen aan de Street View-dienst. Aangezien veel van deze plekken moeilijk te bereiken zijn voor de Google Street View-auto, heeft het bedrijf de speciale Google Trike ingezet, een 114 kilo-zware driewieler fiets, uitgerust met Street View-camera’s.
De volgende attracties zijn via Street View virtueel te bezoeken: de Apenheul, het Archeon themapark, de Aqua Zoo, Avonturenpark Hellendoorn, het Binnenhof, de Dolfinarium, de Efteling, de Kasteeltuinen Arcen, Kinderdijk, Nationaal Park de Hoge Veluwe, het Nederlands Openluchtmuseum, Paleis het Loo, Scheveningen Boulevard, Slagharen Attractiepark, het Veenpark, de Wereldtuinen Mondo Verde, Walibi, de Zaanse Schans, Zoo Park Overloon en het Zuiderzeemuseum.

Zie voor uitleg over het gebruik van Streetview een eerdere post op dit blog.

dinsdag 9 maart 2010

Wikipedia en bibliotheken



Wikimedia Nederland en de openbare bibliotheken gaan samenwerken in een project ‘Wiki loves Bieb’ om de kwaliteit en het gebruik van Wikipedia te bevorderen. De activiteiten spitsen zich toe op mediawijsheid, cultureel erfgoed en de digitale informatiestructuur.

De Vereniging Openbare Bibliotheken (VOB) heeft opdracht verstrekt aan Bibliotheek Vlissingen om een project op te zetten dat moet leiden tot een hechte samenwerking tussen Wikimedia Nederland en de sector openbare bibliotheken.

Het project zal vooral ingaan op een goed gebruik van Wikipedia, het stimuleren van een zorgvuldige vulling van deze virtuele encyclopedie én op het ontwikkelen van diensten van de bibliotheek die de kwaliteit van de producten van Wikimedia verder verbeteren.

De beoogde samenwerking moet op termijn leiden tot het versterken van de band tussen openbare bibliotheken en het onderwijs, tussen openbare bibliotheken en lokale erfgoedpartners en tot een betere ontsluiting van de collecties en expertise van de bibliotheek op internet, in het bijzonder via de populaire online encyclopedie Wikipedia.

Het werd tijd ook
Tot zover het nieuws dat kort geleden door de VOB wereldkundig werd gemaakt. Al vaker heb ik het er met collega’s over gehad: bibliothecarissen/informatie specialisten zouden een bijdrage kunnen leveren aan Wikipedia. Het gebeurt ook wel, alleen niet in werktijd – er staan geen uren voor. Zelf heb ik een tijdlang bijdragen geleverd. Toen ik korte biografieën van bekende Overijsselaren ging toevoegen en daarbij verwees naar de website www.wieiswieinoverijssel.nl kreeg ik problemen. Frustrerend was dat het resultaat van een avond lang toevoegen van teksten in één keer verwijderd werd. Na heel wat heen en weer gemail, kon ik de moderator overtuigen dat ik niet zomaar informatie van een website gehaald had, maar dat mijn eigen teksten op die website stonden. Ik mocht vanaf toen teksten plaatsen waarbij ik op de overlegpagina aan moest geven dat ‘de tekst is vrijgegeven via het OTRS-systeem’ en ik moest daar een code bij vermelden. Toch was het plezier er een beetje vanaf en heb ik sinds die tijd bijna niets meer toegevoegd.
Los van wat het project ‘Wiki loves Bieb’ gaat opleveren, zou het handig zijn wanneer ‘erkende’ bibliothecarissen/informatie-specialisten met een inlogcode die voor hen allen geldt bijdragen aan Wikipedia mogen leveren.

maandag 8 maart 2010

Uit de Overijssel-collectie van de OBD (8): Tentoonstellingsgidsen 1850-1950



De eerste Wereldtentoonstelling werd gehouden in Londen in Hyde Park in 1851. De wereldtentoonstellingen in de tweede helft van de negentiende eeuw trokken miljoenen bezoekers. Het was de tijd van de grote uitvindingen op het gebied van energie (electriciteit), communicatie (telefoon, telegraaf), vervoersmiddelen (trein, auto) etc. Het aantal producten dat op de markt kwam verveelvoudigde. Rond 1850 kwam de nijverheidstentoonstelling in Nederland opzetten als promotiemiddel voor provincies, steden en natuurlijk voor de leveranciers van het tentoongestelde. De provincie Overijssel was er in 1940 al vroeg bij met het organiseren van de Overijsselse Tentoonstelling van Nijverheid en Kunst. Initiatiefnemer was de gouverneur Mr. J.H. graaf van Rechteren van Appeltern. De tentoonstelling in het Zwolse Odeon trok in vier weken tijd zo’n 5.000 bezoekers. De vreemde combinatie Nijverheid en Kunst is misschien te verklaren uit het feit dat de industriële massaproductie (behalve in de textiel) toen nog nauwelijks op gang was gekomen en dat ambachtelijk vakmanschap en kunstbeoefening nog dicht bij elkaar lagen.

Na deze tentoonstelling zouden met name in de IJsselsteden nog vele tentoonstellingen volgen op het terrein van nijverheid, handel- en industrie, land- en tuinbouw en kunstnijverheid. Bijzonder was de Geschiedkundig-Overijsselsche tentoonstelling in Zwolle in 1882. In zoveel mogelijk plaatsen werden invloedrijke personen benaderd om belangrijke geschiedkundige voorwerpen (boeken, schilderijen, archeologische voorwerpen, kaarten, kerkzilver, huisraad, kleding, sieraden, familiewapens, zegels, munten etc.) beschikbaar te stellen. Meer dan 3000 objecten werden verzameld. In de catalogus bij de tentoonstelling worden ze allemaal genoemd met meestal ook de vermelding van de eigenaar.



Ook andere catalogi van dit soort tentoonstellingen bevatten vaak een complete opsomming van het tentoongestelde en kunnen dus interessante informatie bevatten, die je niet snel elders vindt. Een aantal van deze catalogi die aanwezig zijn bij de OBD:

- Catalogus van voortbrengselen van Overijsselsche Nijverheid en Kunst (Deventer 1842)
- Catalogus van voortbrengselen van Overijsselsche Nijverheid (Kampen 1846)
- Catalogus der Geschiedkundig-Overijsselsche tentoonstelling (Zwolle 1882)
- Catalogus van de Tentoonstelling van Oude Kunst en Nijverheid (Deventer 1901)
- Officiëele catalogus voor de groote Landbouwtentoonstelling (Deventer 1909)
- Catalogus der Koloniale Landbouwtentoonstelling (Deventer 1912)
- Gids voor de Overijsselsche Nijverheids Tentoonstelling Plan 1913 (Zwolle)
- ‘Elite’- gids voor de Internationale Landbouw-, Tuinbouw, Handel- en Nijverheidstentoonstelling (Enschede 1926)
- Officieele catalogus van de groote Land- en Tuinbouw, Handel en Industrie Tentoonstelling (Deventer 1927)
- Hengelosche Nijverheidstentoonstelling H.E.N.IJ.T.O. (1933)
- Uitgave van het Twentsch Dagblad Tubantia t.g.v. de Tentoonstelling ’t Volle Profijt (Enschede 1936)
- Uitgave N.V. de Arbeiderspers n.a.v. Tentoonstelling ‘t Volle Profijt (Enschede 1936)



Meer gidsen en catalogi van tentoonstellingen zijn te vinden door in de catalogus in de side-bar te zoeken op: catalogus tentoonstelling (in combinatie met b.v. Zwolle, Deventer, Enschede etc.)

Literatuur:
De eerste Overijsselse tentoonstelling van Nijverheid en Kunst te Zwolle (1840)/ door Gregor Rensen In: Zwols Historisch Tijdschrift 1985 no. 3

De Geschiedkundig-Overijsselsche Tentoonstelling van 1882/ door J. ten Hove In: Overijsselse Historische Bijdragen 1988


De Hengelose bijdrage aan de provinciale geschiedkundige tentoonstelling in 1882 in Zwolle/ door Gerard A.B. Nijhuis In: Hengelo toen & nu 2009 no. 5

zondag 7 maart 2010

Muziek uit het oosten (26) - Jan Ottink Band - Angstanjagend

Een speciale rubriek – voor de liefhebbers van muziek. Van alles wat – in ’t Engels of in ’t plat. Goud en oud, nieuw of fout.


Jan Ottink is al sinds begin tachtiger jaren bekend in de Achterhoek en omgeving. Als solo-zanger, met zijn band of met zangeres Dianne Marsman. Met haar treedt hij op als Hadiejan. In maart van dit jaar start Hadiejan een nieuwe theatertour. De meeste nummers worden in dialect gezongen.

donderdag 4 maart 2010

Canon van Kampen

Aan de website Canon van Overijssel is vandaag een tweede canon toegevoegd, n.l. de canon van Kampen. Erder dit jaar werd als eerste de canon van Nieuwleusen geplaatst. De website moet binnen twee jaar alle canons van Overijsselse gemeenten en landstreken bevatten. De IJsselacademie voert de regie en werkt samen met historische verenigingen.


Afbeelding: Het eerste venster uit de Canon: een schilderij van de IJssel door Jan Voerman (Stedelijk Museum Kampen).

Aan de Canon van Kampen hebben diverse auteurs hun medewerking verleend. De 50 canons gaan over gebeurtenissen, perioden uit de Kamper geschiedenis, gebouwen, maar ook over personen. Uit tien eeuwen zijn 8 personen naar boven komen drijven aan wie een venster is gewijd, waarvan er vijf geboren zijn in de 20ste eeuw. Vaak is het zo dat op ‘the best of‘ lijstjes de meest recente muziek, personen, films, boeken etc. bovenaan staan. Kampen was in het verleden een belangrijke stad, dus de belangrijkste Kampenaren leefden misschien eeuwen geleden ten tijde van de bloei van de stad. Maar die namen zouden de niet-historisch ingewijden natuurlijk weer niets hebben gezegd. Dus staat Jaap Stam ook op de lijst. Maar als voetballiefhebber heb ik daar dan ook weer niets op tegen.


Afbeelding: Jaap Stam (Bron: Wikimedia Commons)

dinsdag 2 maart 2010

Precies ….tig jaar geleden: 1937

De Overijssel Collectie van de OBD bevat een groot aantal geïllustreerde weekbladen.


Afbeelding: De IJssel treedt begin maart 1937 buiten haar oevers bij Deventer. Zie ook het verslag in de Leeuwarder Courant.

maandag 1 maart 2010

Prijzen voor beste genealogische websites toegekend

Uit 77 websites of internetpublicaties hebben een jury en ‘het publiek’ de beste mogen kiezen.



De jury heeft de website van de Stichting Familiearchief De Clercq gekozen als de beste van 2009. Jurylid Rob van Drie: "De diversiteit van genealogische publicaties was groot, de zes juryleden hadden dus geen makkelijke taak. De publicatie van De Clercq had veel aspecten die we graag zien: naast de genealogische gegevens ook biografische schetsen, verhalen over bewaard gebleven familiepapieren en afbeeldingen van personen."



Van de bijna 3 duizend publieksstemmen kreeg de publicatie Het Groene Graf van Eric van der Ent er het meest. Jurylid Yvette Hoitink: "Dat deze website in de smaak viel kan ik wel verklaren. Het heeft veel bronnen waar stamboomonderzoekers van smullen: oude portretfoto's van personen uit Baarn, een index van begraafplaatsen in het Eemland en gescande kranten." Jurylid Christian van der Ven over het grote aantal stemmen: "Genealogie is een populaire hobby. Je ziet dit bij archieven en genealogische verenigingen, maar ook in de bezoekers- en ledenaantallen van genealogische websites."

De websites die het net niet gehaald hebben zijn natuurlijk ook de moeite waard om te bekijken. Klik hier voor de top 5 in beide categorieën.