Toen de Duitsers in augustus 1914 België binnenvielen, wat gepaard ging met veel vernielingen en geweld (o.a. executies) – zie de serie over oorlogscorrespondent Lambertus Mokveld
op Geschiedenis 24 - kwam een grote vluchtelingenstroom op gang. In oktober waren een miljoen Belgen naar Nederland gevlucht, dat toen 6,5 miljoen inwoners telde. Omdat het merendeel bleef 'hangen' in de zuidelijke provincies, werd geprobeerd ook elders in het land opvang te vinden. 10.000 vluchtelingen kwamen naar Overijssel, waarvan er een kleine 600 opvang kregen in Enschede.
Detail van monument voor Belgische vluchtelingen in het Van Lochemsbleekpark aan de Hengelosestraat in Enschede, vervaardigd door Albert Termotte (foto: Aebel de Vries)
In verslagen van het plaatselijke steuncomitë, die werden opgenomen in de Verslagen van den toestand der gemeente Enschede over de jaren 1914-1917, lezen we een en ander over deze vluchtelingen.
Het verslag over 1914
Van den grooten stroom Belgen, die hun land ontvluchtten, toen de Duitschers er verder in doordrongen, en in Nederland een goed heenkomen zochten, werd ook een klein gedeelte afgeleid naar Twente. Ook in Enschede had men zich voorbereid op de ontvangst van een aantal dezer vluchtelingen. Aan het verslag van Ds. Pekema, den Secretaris van het Plaatselijk Comité voor de Belgische vluchtelingen ontleenen wij het volgende.
Op Vrijdag 9 October kwamen, op verzoek van den Burgerneester eenige dames en heeren saam op het gemeentehuis, ten einde zoo mogelijk, een commissie te vormen, om Belgische vluchtelingen te ontvangen en te verzorgen. De gehouden besprekingen leidden tot het gewenschte doel: een Hoofdbestuur werd gevormd, een viertal sub-commissies voor ontvangst en huisvesting, voeding en kleeding, finantien en ten slotte voor hygiëne, werden geformeerd. Toen dan ook Zondag 11 October, des voormiddags om 7 uur en den d.a.v. Woensdag om 11 uur namiddags, de Belgen arriveerden ten getale van ruim 539, waren doeltreffende voorbereidende maatregelen getroffen.
Huisvesting. In den beginne is onderdak verleend in de zalen van het Volkspark, in het gebouw Tivoli aan de Oldenzaalschestraat en de voormalige School 1 aan den Zuiderhagen, bij velen nog bekend als 'Bloemendaal's school'. Waar echter, wat heel begrijpelijk was, de gebruikers van Tivoli de vrije beschikking straks weer terug verlangden over de eigen localiteiten en een langer verbljf op het Volkspark te kostbaar werd, moest naar andere verblijfplaatsen omgezien. En met succes. Op het einde van 914 vinden wij de uitgewekenen ondergebracht in 'Bloemendaal's school', in een der huizen van de Gemeente in het Van Loenshof en in het voormalig R.K. Ziekenhuis aan de Markt.
Voeding. Dit onderdeel leverde in den beginne groote moeilijkheden op. Maar reeds heel spoedig waren deze overwonnen, door de algeheele toewijding van verschillende dames en deskundige hulp van gediplomeerden. Werden in den beginne de spijzen op verschillende plaatsen bereid, langzamerhand kwam ook hierin meer orde. In December 1914 werd voor allen gekookt in de keuken van het voormalig R.K. Ziekenhuis. De voeding is van den beginne al geweest
eenvoudig, maar degelijk en goed.
Kleeding. Een, vooral door het schoeisel, kostbare zaak, die veel hoofdbrekens heeft gekost. Dank echter het medelijden en hart van velen onzer stadgenooten en een belangrijke zending uit Amerika, waarvan ook onze stad haar deel ontving, is ook hier tot tevredenheid van allen gewerkt.
Hygiène. Reeds bij aankomst werden de Belgische gasten onderworpen aan een oppervlakkig geneeskundig onderzoek.
Zoodra mogelijk werden alle uitgewekenen gevaccineerd en gebaad. Aan het baden, hetwelk geschiedde in de hiertoe afgestane badinrichting der firma Van Heek & Co., werd goed de hand gehouden. Ernstige ziekten kwamen niet voor.
Arbeid. Herhaaldelijk is over dit punt vergaderd. Men wilde geen afbreuk doen aan de Enschedesche werkloozen. Langzamerhand zijn vrouwen, zoowel als mannen begonnen met allerlei handwerk, als borduren, houtsnijden en dergelijke. (Februari 1915 is van alle gemaakte artikelen een verloting gehouden.) Bovendien moesten mannen en vrouwen allerlei hulp verleenen bij het koken, het schoonhouden der vertrekken, enz.
Ontspanning. Met het oog op de tijdsomstandigheden en den toestand in hun eigen vaderland, werd ontspanning steeds sober toegemeten. Eenige onderwijzers echter kwamen geregeld de kinderen bezig houden met het hun aanleeren van populaire liederen. St. Nicolaas en Kerstmis werden prettig gevierd en waardig herdacht.
Onderwijs. Op het einde van 1914 waren de voorbereidende maatregelen voor dit onderdeel zoover gevorderd, dat de kleinste kinderen geregeld naar de Bewaarschool, Zuiderhagen, zouden gaan en de grooteren het onderwijs zouden volgen bij de hiertoe overgekomen Belgische leerkrachten: Mej. Itmans en den heer Wagner. Dit onderwijs zou gegeven worden in de Kloosterschool aan den Noorderhagen en in School 10 der Gemeente. Al deze plannen zijn in 1915 verwezenlijkt. Tevens hebben eenige onderwijzeressen les gegeven aan enkele analphabeten.
Finantiën. De aanzienlijke onkosten werden bestreden door Rijksuitkeering, particuliere weldadigheid van Enschede en Lonneker en het groote Belgische Steuncomité. Onder dit hoofd zij nog vermeld, dat de enkelen, die geld verdienen in de fabrieken, als anderszins 2/3 van die verdiensten, tot een maximum van f 6.- moeten afstaan aan de kas van het Comité en 1/3 voor zich zelve mogen behouden.
Aantal. Einde December bevonden zich hier nog 269 vluchtelingen. Een enkele was wegens slecht gedrag opgezonden naar Veenhuizen of Nunspeet, sommigen waren teruggekeerd naar Belgie, zéér velen waren vertrokken naar Engeland.
Tenslotte zij nog vermeld, dat de commissie met groote opgewektheid haar veel omvattenden arbeid verricht. En met dankbaarheid dient gememoreerd dat zij alle mogelijke medewerking heeft ondervonden van den heer Burgemeester, den heer Secretaris, den heer Commissaris van Politie en den heer Directeur van Gemeentewerken. Ook gedenkt zij nog steeds met
erkentelijkheid den bijstand haar in de eerste dagen verleend door de Gereformeerde Gemeente, het Leger des Heils, het Blauwe Kruis en 'Concordia'.
Het Hoofdcomité werd gevormd door de heeren: J. H. van Heek, Voorzitter. Mr. Dr. G. A. Lasonder, Vice-Voorzitter.
Notaris A. Schmid, Penningmeester. Ds. E. Pekerna, Secretaris.
Presidente van het dames-comité was Mevrouw I. Scholten-van Heek.
Hoofden van het voormalige R. K. Ziekenhuis: Mevrouw Verbeek-van Santen. Mevrouw Glabbeek-van Ginneken. Mej. Richters.
Hoofd van het Van Loenshof: Mevrouw Klaar-van Balen.
Hoofden van de 'Bloemendaal's school': Mevrouw Ter Kuile-Scholten. Mevrouw Snuif-Ter Weele.
1915
Het Comité voor Belgische Vluchtelingen bericht, dat op 1 Januari 1915 ongeveer 265 vluchtelingen aanwezig waren. De kosten bedroegen per hoofd en per dag f 0.3425, waarvan voor voeding f 0.29. De totale kosten bedroegen f 20369.31
1916
Aan het bericht van het Comité voor de Belgische Vluchtelingen worde het navolgende ontleend:
Aanwezig op 1 Januari 1916: 92 personen.
Aanwezig op 31 December 1916: 79 personen.
De mannen zijn voor een zéér groot deel allen aan het werk hier op de verschillende fabrieken, terwijl velen der vrouwen en meisjes naai-onderricht ontvangen en zelve naaien enz. De kinderen zijn op de scholen ondergebracht, daar de Belg. onderwijzer verdwenen is en niet door een nieuwen vervangen; hiervoor was het aantal kinderen te gering. De gezondheidstoestand is goed, het gedrag laat niet te wenschen over in het algemeen. Nog steeds wonen de menschen, dank zij 't R.K. Armbestuur, in het voormalig R.K. Ziekenhuis (uiterlijk tot Dec. 1917).
Een breede schare van dames gaf haar zeer gewaardeerde krachten aan de zorg der vluchtelingen. Verschillenden hadden een bepaalden tak van zorg voor haar rekening genomen.
Omtrent de uitgaven en inkomsten van het Comité geeft het volgende staatje een overzicht:
1917
Het Comité voor de Belgische vluchtelingen bericht ons, dat omstreeks October 1917 het oude R.K. Ziekenhuis ontruimd is, omdat de Belgen naar de vluchtoorden zijn vertrokken, Een achttal gezinnen, waarvan de hoofden hier een bestaan
hadden gevonden, is hier blijven wonen.