Afbeelding: Bussemakerhuis in Borne in 1966 (Foto: Oudheidkamer Twente)
Precies 50 jaar geleden schreef A.L. Hulshoff in Jaarboek Twente 1966 het artikel 'Hangen de oudheidkundige instellingen in Twente aan een antieke zijden draad?'. Hij laat zich niet erg lovend uit over de toenmalige oudheidkamers: 'muffe, stoffige instellingen met krakende oude stoelen, waarop men vooral niet mag gaan zitten'. Historische verenigingen bestonden niet of nauwelijks. Zij die in regionale en lokale geschiedenis waren geïnteresseerd verzamelden zich rond een oudheidkamer of museum of legden een eigen verzameling aan.
Hulshoff inventariseerde de instellingen die in 1966 op oudheidkundig/geschiedkundig gebied werkzaam waren. Hij kwam tot de volgende opsomming:
* Vereniging Oudheidkamer Twente te Enschede, opgericht in 1905, 650 leden
* Vereniging Oldenzaalse Oudheidkamer, opgericht in 1906, 100 leden
* Genootschap Stad en Ambt Almelo, opgericht in 1947, 600 leden
* Stichting Oudheidkamer Riessen, opgericht in 1947, 100 leden
* Vereniging Oud Vriezenveen, opgericht in 1949, 450 leden
* Vereniging Oudheidkamer Goor en omstreken, opgericht in 1951, 100 leden
* Stichting Old Hengel, opgericht in 1953, 50 leden
* Werkgemeenschap voor archaeologie en historie, opgericht in 1957, 50 leden
* Vereniging van vrienden van het Bussemakerhuis te Borne, opgericht in 1962, 60 leden
Totaal 9 instellingen. Hij kon niet bevroeden dat er, met name in de jaren tachtig, een hausse aan nieuwe historische verenigingen zou ontstaan. 50 jaar later in 2016 ligt het aantal aantal oudheidkamers en historische verenigingen in Twente op 36, het viervoudige. Althans volgens de lijst in de sidebar van dit weblog. Er zullen er vast een aantal ontbreken. Nog steeds komen er nieuwe bij. De ledenaantallen zijn ook drastisch gestegen, tot soms 2 of 3 duizend.
'Zoeken is beter dan vinden'
2 uur geleden
Geen opmerkingen:
Een reactie posten